Kinderen verwerken informatie over de buitenwereld en hun eigen lichaam door middel van hun zintuigen. De zintuigen zorgen ervoor dat ze de wereld om hen heen begrijpen en er mee om kunnen gaan, er zich veilig in kunnen voelen. De zintuigen worden ingezet om informatie te verzamelen uit de buitenwereld maar ook om jezelf rustig te maken of juist te activeren. De hersenen verwerken alle binnengekomen informatie en zorgen ervoor dat een adequate reactie mogelijk wordt. Ze filteren onbelangrijke binnenkomende informatie en zorgen ervoor dat we de omgeving gaan begrijpen.
Niet bij alle kinderen verloopt deze prikkelverwerking, ondanks goede zintuigen, zo vanzelfsprekend. Ze voelen bijvoorbeeld tastprikkels veel sterker dan andere kinderen waardoor ze niet in een kring willen zitten, aanraking van anderen afwijzen of ineens schoppen of slaan als een kind hen (goed bedoeld!) aanraakt of benadert. Andere kinderen zijn steeds in beweging omdat ze bewegingen uit hun eigen lichaam slecht voelen. Problemen in de zintuiglijke prikkelverwerking worden vaak niet voldoende herkend en begrepen terwijl het kind er behoorlijk last van kan hebben in zijn dagelijks functioneren.
De manier waarop de zintuigen worden ingezet en waarop ze informatie verwerken is per persoon verschillend. Kinderen (en volwassenen...) zijn zich er dikwijls niet van bewust dat anderen informatie wel eens heel anders zouden kunnen ervaren!
KIK brengt het prikkelverwerkingsprofiel van een kind in kaart zodat duidelijk wordt welke prikkels er sterker of juist minder sterk binnen komen. Samen zorgen we ervoor dat zowel ouders, het kind als de leerkracht goed begrijpen hoe een kind met prikkels omgaat en zorgen we ervoor dat een kind gedurende de dag de juiste prikkels krijgt die hij/ zij nodig heeft op zich prettig te voelen en zich optimaal kan ontwikkelen.
voorbeelden van een veranderde prikkelverwerking:
Niet bij alle kinderen verloopt deze prikkelverwerking, ondanks goede zintuigen, zo vanzelfsprekend. Ze voelen bijvoorbeeld tastprikkels veel sterker dan andere kinderen waardoor ze niet in een kring willen zitten, aanraking van anderen afwijzen of ineens schoppen of slaan als een kind hen (goed bedoeld!) aanraakt of benadert. Andere kinderen zijn steeds in beweging omdat ze bewegingen uit hun eigen lichaam slecht voelen. Problemen in de zintuiglijke prikkelverwerking worden vaak niet voldoende herkend en begrepen terwijl het kind er behoorlijk last van kan hebben in zijn dagelijks functioneren.
De manier waarop de zintuigen worden ingezet en waarop ze informatie verwerken is per persoon verschillend. Kinderen (en volwassenen...) zijn zich er dikwijls niet van bewust dat anderen informatie wel eens heel anders zouden kunnen ervaren!
KIK brengt het prikkelverwerkingsprofiel van een kind in kaart zodat duidelijk wordt welke prikkels er sterker of juist minder sterk binnen komen. Samen zorgen we ervoor dat zowel ouders, het kind als de leerkracht goed begrijpen hoe een kind met prikkels omgaat en zorgen we ervoor dat een kind gedurende de dag de juiste prikkels krijgt die hij/ zij nodig heeft op zich prettig te voelen en zich optimaal kan ontwikkelen.
voorbeelden van een veranderde prikkelverwerking:
- Onder- en overgevoeligheid voor zintuiglijke prikkels zoals bijvoorbeeld:
- Kleding die kriebelt
- Boos worden bij onverwachte aanraking
- Schrikken van harde geluiden
- Niet stil kunnen zitten
- Bang om te klimmen
- Last van fel licht
- Snel afgeleid door prikkels
- Overactiviteit of juist passief gedrag
- Als een kind zich veel terugtrekt
- Heftig reageren op veranderingen en andere uitingen van stress
- Impulsief gedrag
- Extreem willen vasthouden aan het bekende
- Onhandige motoriek
- Zich niet veilig voelen in een groep
- Erg snel vermoeid zijn
- Op school een voorbeeldige leerling maar thuis tot ontlading komen